Feedback

User Tags

1x gestemd

Interieurs en exterieurs van Zocher

De fraaie, perfectionistische architectuurtekeningen van J.D. Zocher jr. en zijn zoon vormen geen serie in archivistische zin. Toch tonen ze opvallende overeenkomsten; de belangrijkste daarvan betreffen de thematiek en de presentatievorm. Het verbindende thema is de architectuur in een landschappelijke setting: landhuizen, tuingebouwen als paviljoen en oranjerieën en tuinsieraden.

Opvallend aan alle tekeningen is de fraaie presentatie. Het schetsmatig-aarzelende van de ontwerptekening of het technisch-expliciete van de uitvoeringstekening ontbreekt. In plaats daarvan overheerst de formele perfectie van de presentatietekening, bedoeld om de ideeën van de architect zo verleidelijk mogelijk aan een lekenpubliek te presenteren.

Opvallend bij zowel de potloodtekeningen als de aquarellen is het contrast in tekenstijl tussen gebouw en omgeving. Is de architectuur in de meeste gevallen zeer exact weergegeven, waarbij de lijn regeert en de kleur invulling is, het landschap is losser en schetsmatiger van opzet. Dit contrast hangt samen met een ook nu nog bestaande praktijk van het architectuurtekenen. De architectonische hoofdvormen van een gebouw worden altijd eerst in duidelijk, strakke potloodlijnen weergegeven, die later worden overgetrokken in inkt. Vervolgens wordt dit kader strak en egaal ingekleurd. Daarna volgt eventueel de ‘aankleding’ van de tekening , waarbij de techniek heel anders kan zijn.

Wat betreft de tekentechniek vallen de tekeningen uiteen in twee groepen. De eerste is strak en tekenachtig van opzet en  ook het landschap is heel fijn geaquarelleerd. De andere groep is in landschap en architectuur meer schilderachtig van behandeling: de verfstructuur is duidelijk zichtbaar. Het lineaire treedt daarbij terug: de potloodlijnen zijn vaak niet ingeïnkt.

Vader en zoon
Een opvallende overeenkomst is het creëren van lichteffecten in het landschap door het wegkrabben van verf, waardoor het wit van het papier gaat spreken. Toch is er ook hier verschil in de verfijnde aanpak van de eerste groep en de grove manier waarop dit gebeurt in de tweede. Waarschijnlijk zien hier de handen van respectievelijk de architect J.D. Zocher jr. en zijn oorspronkelijk als schilder opgeleide zoon L.P. Zocher te herkennen. Bij de eerste groep herinneren architectuurstijl en tekentechniek in hun heldere exactheid aan de tekststijl van de Franse Académie: misschien betreft het hier vroeg werk van J.D. Zocher jr. (1820). Uit de andere spreekt daarentegen meer een schilderkunstige benadering daneen architectonische analyse.

Dit, gevoegd bij de zeer afwijkende architectuurstijl, een flamboyante fantasiegotiek, wijst op de hand van L.P. Zocher, mogelijk begeleid door zijn vader als leermeester. Bij de overige tekeningen is het contrast in tekentechniek tussen landschap en architectuur veel sterker. Een voor de hand liggende verklaring zou kunnen zijn dat de vader de architectuur voor zijn rekening nam en de zoon als leerling het landschap. Dat dergelijke praktijk bestond bewijst een vroege tekening van Zocher, waarbij uitdrukkelijk vermeld is dat hij de architectuur had getekend en iemand anders het landschap. Vooral na 1830 kreeg Zocher het steeds drukker en had hij wellicht de tijd niet meer om al deze voorbeeldontwerpen van een landschap te voorzien.

De latere tekeningen geven tenslotte een indruk van het werk van Louis Paul nadat de opleiding door zijn vader voltooid was. De zeer exacte architectuurtekentechniek is gebleven, maar de lossere, op Schinkel geïnspireerde detaillering toont aan dat de zoon zijn eigen weg ging.

Reacties

Er zijn nog geen reacties op dit project.